Palmolie, Ratten en Makaken

Palmolie heeft tegenwoordig een slechte reputatie, maar is intussen wel de meest gebruikte (en dus geconsumeerde) plantaardige olie. Hele oerwouden worden weggekapt en weggebrand om plaats te maken voor palmbomen, waardoor een monocultuur ontstaat en vele bomen, planten en dieren hun vaste plaats in de ecologie verliezen.
Maar de natuur vindt altijd een manier om terug te slaan. De treurige, bijna oneindig grote plantages vol palmoliepalmen blijken een fantastische habitat te zijn voor ratten. Die vinden tussen en onder de wortels van de palmen een heerlijke plaats om voor hun nageslacht te zorgen. Al die ratten zorgen samen voor een enorme schade aan de voedzame oliehoudende vruchten van die palmen.

Maar die overdaad aan ratten zorgt ook voor geïnteresseerde apen. De lampongaap (Macaca nemestrina) wordt in het Engels de Southern pig-tailed macaque genoemd en is inheems in Thailand, Maleisië en Indonesië. Het zijn alleseters, die zich voornamelijk tegoed doen aan fruit, zaden, bessen en insecten. Maar, zoals vrijwel alle primaten, zijn het ook opportunisten.

Biologen hebben nu ontdekt dat deze makaken actief zijn gaan zoeken naar ratten[1]. Die ratten zoeken overdag, wanneer de zon ongenadig aan de hemel brandt, de koelte van hun holen op. Het zijn daar gemakkelijke prooien voor de makaken.

Tellingen wijzen uit dat een groep makaken wel meer dan 3,000 ratten per jaar vangt. Het resultaat van hun aangepaste gedrag is dat de makaken de aantallen ratten op een plantage wel met 75 procent kan verminderen. Dat leidt zelfs tot een verminderd gebruik van pesticiden.

Het dieet van de makaken bevat natuurlijk ook veel palmolievruchten. De onderzoekers berekenden dat een groep makaken meer dan twaalf ton vruchten per jaar eet. Dat is echter maar 0.56 procent van de totale palmolieproductie van de onderzochte plantage. Dat lijkt misschien veel, maar ze 'betalen' daarvoor door op ratten te jagen. Die ratten zorgden echter voor een oogstverlies van ongever tien procent van de totale productie. Ratten veroorzaakten dus veel meer productieschade dan de makaken.
De onderzoekers waren stomverbaasd toen ze voor het eerst merkten dat makaken zich voedden met ratten op plantages. Ze hadden niet verwacht dat ze op deze relatief grote knaagdieren zouden jagen en dat ze zelfs zoveel vlees zouden eten. Het is algemeen bekend dat het fruitetende primaten zijn die slechts af en toe smullen van kleine vogels of hagedissen.

In eerste instantie dachten de eigenaren van de plantages dat met de komst van de makaken een tweede schadelijke diersoort was gearriveerd en dat daardoor de vraatschade aan hun plantages nog meer zou gaan toenemen. Maar op basis van de nieuwe gegevens konden ze een nieuwe rekensom gaan maken. De schade van ratten kon oplopen tot wel 10 procent, makaken eten ratten, waardoor de schade met zo'n 75% afneemt, maar tegelijkertijd eten makaken ook palmolievruchten. Met de rekenmachine in de hand kwamen ze op een toegenomen oogstopbrengst van $650,000 per jaar.

[1] Anna Holzner et al: Macaques can contribute to greener practices in oil palm plantations when used as biological pest control in Current Biology - 2019

Geen opmerkingen:

Een reactie posten